Altmark bevoor-radingsschip 1:250

Altmark bevoorradingsschip

Het bevoorradingsschip Altmark van de Dithmarschen klasse zoals gebouwd in 1938. Optioneel kan het model gebouwd worden als puur volledig casco model, als volledig casco model met afneembaar onderwaterschip of als waterlijn model!

De model highlights:

• Optioneel te bouwen in een van de drie presentatievormen
• Gedetailleerde weergave van alle dekconstructies
• Fantastische afbeelding van de koperen schroeven
• Gedetailleerde illustratie van ankers en ankerlieren
• Bijboten en davits
• Signaalvlaggen

De instructies zijn voorzien van duidelijke 3D-illustraties waarin de bevestiging van alle onderdelen inclusief onderdeelnummers in afzonderlijke constructiestappen wordt beschreven. Om dit mooie model te bouwen heb je een scherp mes, een geschikte snijmat, eventueel een schaar, lijm, een stalen liniaal en een pincet nodig. Een beetje fijne draad is ook nodig om de tuigage weer te geven.

Bevoorradingsschip Altmark

• Van stapel: 13 november 1937 KM-Werft Kiel
• Ingebruikname: 14 november 1938
• Lengte: 178,25, breedte: 22,0 m
• Waterverplaatsing: 20.858 t
• Bewapening: 3 15cm L / 48 C16 torpedobootkanonnen, gepland maar nooit geïnstalleerd
• Aandrijving: 2 dieselmotoren 22.000 pk Snelheid: 20,9 knopen
• Classificatie: Dithmarschen klasse bevoorradingsschip
• Zusterschepen: Dithmarschen, Franken, Ermland, Nordmark
• Bemanning: 94-208 mannen

In 1929 begon de Duitse marine na te denken over de bevoorrading van gevechtseenheden op zee. Elk toekomstig gepantserd schip van de Deutschland-klasse zou een escorte tankschip krijgen om de vrijheid van opereren te vergroten. Vanaf het midden van de jaren '30 werd gewerkt aan plannen voor speciale "bevoorradingsschepen". Deze moesten brandstof, voedsel en vers water, smeerolie, munitie, reserveonderdelen en andere verbruiksartikelen vervoeren. Negen eenheden werden gepland, vijf werden daadwerkelijk opgeleverd. De schepen waren geconstrueerd om brandstof te leveren via de boeg, achtersteven en onder water. Sommigen van deze schepen waren ook uitgerust met zware sleepwerktuigen, zodat beschadigde gevechtsschepen indien nodig konden worden gesleept. Er was ook een sterke bewapening gepland zodat de schepen ook als hulpkruisers konden worden gebruikt. De Altmark bleef echter ongewapend.

De bemanning werd verzorgd door de marine, maar ze deden dienst in burgerkleding. Aanvankelijk kregen de schepen ook een civiele kleurstelling en voeren ze onder de vlag van rederij John T. Essberger. De Altmark werd voor het eerst gebruikt in 1938/39 tijdens de Spaanse Burgeroorlog om de Duitse zeestrijdkrachten te bevoorraden die werden ingezet in het kader van internationaal maritiem toezicht. Op 5 augustus 1939 verliet ze haar thuishaven Hamburg om beschikbaar te zijn als leverancier voor admiraal Graf Spee. Vanaf het begin van de oorlog nam de Altmark de bemanning van de door de admiraal Graf Spee opgebrachte koopvaardijschepen over. Nadat de admiraal Graf Spee zelf tot zinken was gebracht, begon ze haar reis naar huis met meer dan 300 krijgsgevangenen aan boord.